Een strenge winter kan iedereen zich wel herinneren. Het zijn vooral de  ongemakken die we onthouden zoals gladheid en kou, ook is het een groot gedeelte van de dag donkerder. Niet alleen je lichaam maar ook het materieel waarmee je werkt heeft last van de kou. Deze toolbox geeft je informatie hoe je jezelf en materialen kunt beschermen tegen kou, ijzel en sneeuw.

De belangrijkste factoren bij het ontstaan van koude letsel zijn de omgevingstemperatuur en de windsnelheid (gevoelstemperatuur). Aan dit aspect moet aandacht worden besteed bij een temperatuur ≤ 2^oC. Naast de directe gevolgen dient ook rekening gehouden te worden met het verhoogde risico op vallen en uitglijden. Valincidenten komen vaker voor, mede omdat door de koude gladheid ontstaat.

Volgens de Arbo-wet is bepaalt dat de temperatuur op de werkplek of het product dat moet worden bewerkt niet nadelig mag zijn voor de gezondheid van de werknemer. De bouw heeft daarnaast ook bedrijfseigen regels opgesteld in de CAO.

Welke risico`s kunnen er onstaan:

• Onderkoeling (hypothermie);
• Bevriezing (o.a vingers, neus, oren en tenen);
• Gladheid;
• Struikelen;
• Uitglijden;
• Aanrijdgevaar.

Voorkom onderkoeling

• Draag droge winterkleding, volgens een laagjessysteem;
• Draag warm schoeisel met een goed profiel;
• Werk zoveel mogelijk met geschikte handschoenen als de werkzaamheden dit toelaten;
• Drink warme dranken in de pauzes;
• Verwarm de schaftkeet en de kleedruimte >kamertemperatuur;
• Scherm ruimtes tochtvrij af, bijvoorbeeld met folie of glas, maar ventileer wel.

Voorkom bevriezing van materiaal en materieel

• Zorg dat materiaal en materieel goed is afgedekt;
• Zorg, dat waterleidingen zijn voorzien van goede isolatie of zijn afgetapt;
• Zorg dat C.V. installaties niet stuk kunnen vriezen;
• Berg waterslangen vorstvrij op;
• Sla materiaal vrij van de grond op.

Voorkom gladheid

• Zorg voor gladheidsbestrijdingsmiddelen;
• Voer oppervlaktewater af met bijvoorbeeld drainage,greppeltjes,riolering en pompen;
• Maak werkvakken ijs- en sneeuwvrij;
• Zorg dat de steiger-/werkvloeren, ladders en trappen sneeuw,- en ijsvrij zijn;
• Zorg dat de looproutes sneeuw,- en ijsvrij zijn;
• Gaten en kuilen dichten en rijsporen egaliseren;
• Strooi preventief aan het einde van de werkdag. (zie tips)

Voorkom aanrijdgevaar

• Zorg dat ramen van voertuigen vrij zijn van ijs en/of aanslag;
• Rem gedoseerd;
• Houd voldoende afstand;
• Rustig optrekken en rustig rijden.
• Zorg dat je goed zichtbaar bent en elkaar kunt aankijken.

Bespreek met elkaar het volgende:

1. Ik krijg de tijd van mijn leidinggevende om de locatie sneeuw,- en ijsvrij te maken, voordat ik aan het werk ga.
2. Er worden voor mij (indien mogelijk) andere werkzaamheden aangeboden waardoor ik niet meer in de extreme kou hoef te werken.
3. De werkplek is schoon, sneeuwvrij, niet glad en goed overzichtelijk?

Strooien:

Gladheid op o.a steigers, trappen en loopbruggen moet bestreden worden door met zand te strooien (let op: geen zout, zeker niet als met kalkzandsteen of beton gewerkt wordt) 

Verlichting:

In de wintertijd zijn de dagen kort en donker, zorg daarom voor een goede verlichting van de werkplek.

http://www.abomafoon.nl/upload/foon2/Abomafoon%202.31.pdf